Ribollita
Een hartverwarmende Toscaanse wintersoep van bonen, cavolo nero (palmkool) en oud brood waar je lepel rechtop in blijft staan. Opgewarmd de dag erna alleen maar lekkerder, vandaar dat ‘opnieuw koken’ uit de naam.
Ribollita
Ingrediënten
- 200gcavolo nero (of boerenkool)
- 400ggepelde tomaten
- 400gbonen (borlotti of cannellini)
- 0.5xciabatta-afbakbrood
- 100gwortel
- 2xstengels bleekselderij
- 1xgrote ui
- 1xhandje platte peterselie
- 2xtakjes salie
- 1xolijfolie
- 1xparmezaanse kaas
- 1xzout & peper uit de molen
Bereidingswijze
Snipper de ui en fruit in een ferme scheut olijfolie in een grote braadpan. Snij de wortel en bleekselderij in kleine stukjes en voeg toe. Bak rustig minstens 20 minuten, dit is de smaakbasis van de soep. Snij intussen de kool in reepjes en hak de peterselie grof. Pureer de helft van de bonen (ook het vocht!) met alle tomaten en de salieblaadjes. Giet in de pan plus de rest van de bonen (met vocht), nog een extra blikje water, zout en peper.
Voeg de kool toe en duw onder. Voeg indien nodig wat extra water toe. Breng aan de kook en laat dan onder een deksel een half uur sudderen. Snij het (ongebakken) brood in flinke dobbelstenen, voeg toe en laat nog even 10 minuten staan. Het moet een dik, bonkig geheel zijn. Serveer met geraspte parmezaan erover en vooral een sliert olijfolie.
De volgende dag nog lekkerder, helemaal als je hem gratineert. Verdeel de koude soep over ingevette eenpersoons-ovenschaaltjes, bestrooi met wat geraspte parmezaan en zet 20 minuten in een hete oven (200 °C) tot er een lekker korstje op komt. Serveer met een scheutje olijfolie erover.